dinsdag 19 juni 2012

ONTRUIMING

Vandaag zouden de kraakpanden aan de overkant worden ontruimd. Ik had me er heel wat van voorgesteld. Het was al eens eerder gebeurd en had toen een flink spektakel opgeleverd. De straat was dichtgeslibd met tientallen politieauto's, er waren paarden en honden aan te pas gekomen, een optocht van de kraakbeweging, en AT5 had gefilmd. Voor het oog van de draaiende camera's begon de massa te joelen en zette de politie zich in dreigende poses. Toen de filmploeg zijn spullen had gepakt stonden ze lachend met elkaar te praten.
Ondanks dat de eigenaar, een notoire vastgoedpeetvader, de fraaie maar verwaarloosde gevelhuisjes meteen daarna kort en klein had laten slaan stroomden ze al gauw weer vol met het debris van het moderne Europa. In de tochtige grotten die de panden nu moesten zijn huisde een steeds wisselende kolonie van vooral Slavisch sprekende types. Ze hadden magere honden aan touwen. Er werd zwaar gedronken en er was veel geschreeuw 's nachts.
Te midden van die vale zwervers was er een meisje dat me opviel. Kort platinablond haar, atletisch gebouwd, een fris gezicht met heel licht blauwe ogen. 's Zomers zonde ze topless op het dak, ik mocht daar graag naar kijken vanaf mijn balkon. Na een paar jaar kreeg ze een kind. Ik vroeg me vaak af als ik haar tegenkwam hoe dat nou moest, een kind opvoeden in die zigeunerbende. Maar het kind had keurige kleertjes aan en werd rondgereden in een buggy, net als de kinderen van gewone mensen. Het leerde lopen en kreeg van zijn moeder dezelfde bezorgde instructies als mijn kinderen hadden gekregen op straat. Het meisje werd wat dikker, begon er gesettelder uit te zien, zonnen op het dak deed ze niet meer.
Vanmorgen om zeven uur reed een colonne blauwzwarte busjes de straat in. Een tiental agenten in lichtgevend groene jasjes, gewapend met rieten schilden, zette de straat af. Een grote rode hijskraan werd als een machtige fallus opgericht. Een waterkanon werd op scherp gesteld. De zon probeerde door de mist heen te komen. Ik dronk koffie op het balkon en keek in gespannen afwachting toe.
Twee uur later stond ik er nog. Er was inmiddels veel geklooid met cirkelzagen, mokers en koevoeten, er waren gehelmde agenten in een cabine omhoog getakeld en in de huizen gedropt, maar veel meer leek er niet te gebeuren. Geen kraker te zien. Hun zwarte vaandels en banieren met oorlogskreten werden door de agenten van de gevels gerukt. Ook de interesse van de buurt verflauwde, terwijl de zon sterker werd. De mannen in hun witte ochtendjassen die hun yoghurt met muesli en mandarijntjes hadden gegeten op hun balkon waren inmiddels naar hun werk gegaan. Steeds meer politiematerieel reed weer af, nu duidelijk werd dat er geen verzet zou worden geboden.
Ik ging douchen. Het viel me op hoe mooi mijn huis was, en hoe veilig: ik betaalde die huur toch niet voor niks. Toen ik terugkwam waren opeens alle agenten verdwenen. Mannen met mondkapjes voor, in blauwe T-shirts met het logo Bont, waren begonnen die arme huizen voor de tweede keer onbewoonbaar te maken. Maar recht tegenover me, in een pand dat wél op de zwarte lijst stond maar blijkbaar vandaag gratie had gekregen, zag ik het Russische meisje onaangedaan uit haar raam kijken, naast haar een jongetje van inmiddels vier of vijf jaar.
Je kunt als toeschouwer niet alles begrijpen.

(foto: Mary Kuiper)

Geen opmerkingen: