dinsdag 29 augustus 2023

Voorheen Rookzangers Notitieblog 48: Status nazomer


Gisteravond was de eerste koorrepetitie van het nieuwe seizoen. Zoals altijd ervoer ik dezelfde opluchting als bij de laatste repetitie van het vorige seizoen, alleen dan omgekeerd. Blij dat de lange vormeloze weken er weer op zaten en dat ik weer iets moest, iets met mensen, iets buitenshuis, precies waar ik aan het begin van de zomer zo genoeg van had. Hoe moet dat als ik ooit écht met pensioen ben en de weken altijd zo zonder ijkpunten en kaders voortglijden, een zee van tijd waarin het dobberen eerst lekker is maar al snel gaat vervelen? Ik vrees dat ik tot op hoge leeftijd, desnoods als onbezoldigd vrijwilliger, zal moeten werken, voor luieren mis ik het talent; hoe trouw ik ook mijn dagelijkse zelfopgelegde discipline gehoorzaam en op vaste uren mijn klusjes doe, wandel, mediteer, boodschappen doe, kook, lees en op mijn luit speel, het is op den duur niet genoeg. 

Luitspelen maakt me een doe-het-zelver, ik heb het al gezegd (zie: Fretjes). Ik had een probleem met mijn g-snaar. Die brak een paar keer. Ik verdiepte me in de mogelijke oorzaken. Het kon natuurlijk een fabrieksfout zijn maar Pyramid is een merk snaren met een goede reputatie dus daar ging ik niet van uit. Ik schuurde heel voorzichtig mogelijke scherpe randjes boven de topkam weg, stipte het gleufje voor de hoogste snaar aan met potlood, wreef de stempin in met peg paste. Ik maakte een studie van diameter, mensuur, spanning en trekkracht en ontdekte een site van een Japanse luitist die zich sterk maakt voor het gebruik van vislijn bij de hoogste snaren. Kost niks en is net zo goed als al die dure merken, tenslotte is het allemaal maar gewoon nylon. Ik googelde en bestelde een rol vislijn van de juiste diameter, 0.45. Driehonderd meter voor nog geen 8 euro. Als de Japanner gelijk had (dat was nog niet zeker, want sommige luitisten smaalden om het idee) dan kreeg ik binnenkort met de post driehonderd g-snaren. Daar kon je er nog eens eentje van breken. 

In de vakantie had ik het nogal bont gemaakt. Op mijn reisjes had ik flink wijn gedronken en bij thuiskomst wilde ik dat niet meteen opgeven, de vakantiesfeer mocht best nog wat langer duren. Aanleiding om weer eens een paar weken droog te staan.
Dat frist je niet meteen op. De hele eerste week was ik slap, sloom en slaperig. Was mijn lichaam soms aan het ontgiften? Het drukkende weer (zeer hoge luchtvochtigheid) speelde zeker een rol.
Het eerste echte voordeel van de soberheid merkte ik afgelopen zondag. Het regende met vlagen en er dreigde onweer. We ruilden een wandeling in voor een autotochtje. Normaal voel ik op zondag een lichte tijdsdruk: vier uur, uiterlijk half vijf moeten we thuis zijn of aan een cafétafeltje dan wel op een terrasje zitten, want dan begint het heilige zondagse bitteruur. Daarin ben ik nog steeds een verslaafde: als het mag, dan moet het ook. En als dat neurotisch klinkt moet u zich maar niet proberen voor te stellen hoe dwingend die deadline was toen ik nog écht dronk. Nu reden we een kunstroute door de Schermer, hielden halt bij een paar ateliers, maakten een praatje met de kunstenaars, kochten kaas, tomaten en eieren bij een boerderijwinkel, aten een plakje cake en zelfs, rond vier uur, een portie bitterballen met een 0.0-biertje ernaast, in een restaurant waar ook sieraden geëxposeerd werden. En al die tijd was er geen enkele haast.
's Avonds keek ik tv en anders dan op natte zondagen volgde ik alles geboeid en alert. Ik gaf slechts beperkt commentaar op een masterclass zang, betuigde kort mijn instemming met een programma van Fidan Ekiz en Kees Schaap over woke ('Ik ben oud-links,' zei ik de bij BNNVARA in ongenade gevallen Schaap na) en verdroeg een moeizaam uur Zomergasten voor ik tevreden mijn tanden ging poetsen en in bed zowaar een héél hoofdstuk Dickens las.
Je zou er bijna weer geheelonthouder van worden.

                                                                               ***


Recent verschenen!
Van de website van de uitgever: "Deze 42 gedichten van Hermann Hesse zijn begin 2023 door Jan-Paul van Spaendonck geselecteerd, vertaald en van een nawoord voorzien.Het geheel is in de zomer van dat jaar met de hand gezet uit de Goudy Old Style en met de handpers gedrukt op geschept Hahnemühle papier.
De oplage bedraagt 35 genummerde exemplaren, waarvan I tot X voor de vertaler en 1 tot 25 voor de liefhebbers. Alle exemplaren zijn gebonden en bevatten enkele reproducties van aquarellen van Hermann Hesse. In een schuifdoosje bekleed met marmerpapier van de in juni 2023 onverwacht overleden Turks-Franse papiermarmeraar Baris Baykul Yilmaz. Prijs 75 euro plus 10 voor aangetekende verzending."

ZIE OOK: WIJSHEID, DEUGD EN WARME SOKKEN


dinsdag 22 augustus 2023

Roadtrip, slot

Het is niet eens zozeer wat je ziet of wat je meemaakt. Wat een familiereisje vooral bijzonder maakt is het samenzijn. Een veilig vertrouwd clubje dat tegen een wisselend decor zijn eigen dingen doet. Hoe leg ik het uit aan iemand die niet het geluk heeft te begrijpen waarover ik het heb? Ik kan alleen namens mezelf spreken. Normaal sla ik mezelf oplettend gade. Ik denk verbaal, in volzinnen. Ik leef secundair; eerst overwegen, dan pas doen. Bij het geprolongeerde feestje dat zo'n roadtrip is los ik langzaam op in de groep. Het denken wordt een gemurmel op de achtergrond, intuïtief, eerder in beelden dan in woorden. Ik druk me direct uit en handel impulsief. Dat kan, omdat er een vangnet is: de schoot van de familie. 


De kat van Givet

Op de terugweg wilde ik graag langs de Franse grensplaats Givet, omdat het boek dat ik aan het lezen was, Chez les Flamands ("Maigret en de familie Peeters"), daar speelt. Het was er zonnig en druk. Ik zag in een oogopslag dat ik er niets van de druilerige en provinciale sfeer van Simenons meer dan negentig jaar oude familiedrama zou terugvinden.  
We zochten een tijd naar een parkeerplaats. Er verscheen een gaatje, ik wurmde me erin en we stapten uit de volgeladen auto. Terwijl ik het portier dichtdeed zag ik een man met een plastic reismand die worstelde met zijn ontsnapte kat. Hij probeerde haar terug te stoppen maar de kooi was gammel, de sluiting was stuk en met tiewraps gerepareerd. Vier paar ogen volgden het gebeuren bezorgd. Toen de kat weer dreigde weg te schieten was mijn jongste dochter er het eerst bij. Aan de mand viel niet veel te doen. De man had de kat nu stevig beet. Hij bloedde aan zijn arm. Hij vertelde in uitstekend Engels dat hij onderweg was naar de dierenarts, de kat had last van stomach problems. Konden wij hem misschien een lift geven? Het was een ritje van vijf minuten. Hij wees naar de Maas. Daar aan de overkant. 
Er was niet echt overleg. We keken elkaar aan, dat was genoeg. Ik zei dat we niet met z'n allen in de auto konden. Ik koos mijn jongste uit om mee te gaan. Zij had dierverzorging gestudeerd. Ze nam voorin plaats met de kapotte mand waarin een opgevouwen handdoek lag. De man schoof achterin met de stevig omklemde kat, een cyperse met een rommelige vacht. Een penetrante ammoniakgeur verspreidde zich door de warme auto. Mijn oudste dochter en mijn vriendin bleven achter.
Over de Pont des Américains ging het. Door een lange straatweg een buitenwijk in. We moesten op een bedrijventerrein bij de McDonalds zijn, had mijn passagier gezegd, daar was de kliniek. Een heel eind lopen leek me, terwijl ik door het spitsverkeer manoeuvreerde en steeds verder weg van mijn halve familie raakte. Al die tijd (veel langer dan de beloofde vijf minuten, al kon ik dat niet met zekerheid zeggen want mijn dashboardklok was op nul gesprongen toen de Franse hulpdienst mijn auto had herstart, maar dat is een ander verhaal) - al die tijd praatte de man. Hij had, zag ik in mijn achteruitkijkspiegel, een vriendelijk open gezicht, mager, met nerveuze trekken. Al snel rook ik dat er iets ongewoons aan hem was. De weg kwijt, verslaafd, ziek? Zenuwachtig ratelde hij maar door, gretig, als om een mogelijke stilte voor te blijven. Hij had jaren in Canada gewoond, maar was voor zijn dochter hiernaartoe gekomen. Zijn moeder was Duits en hij was twee- of eigenlijk drietalig. Nederland was prachtig, maar wel duur. Waarom waren we hier als we in Amsterdam woonden? En waren we weleens in Canada geweest? Ook heel mooi, en bovendien juist heel goedkoop. Hadden wij soms ook poezen, dat we zo met hem begaan waren? Zelf had hij ook nog een Duitse herder. 
Nog altijd reden we op zijn aanwijzingen door rommelige buitenwijken. Ik begon me wat ongemakkelijk te voelen. Kwamen we nog wel van hem af, had ons goede hart ons niet in een fuik gelokt? 
Maar hij wees naar de MacDonalds en ja, daar stond een bordje "HospitaVet". Zet me hier op de hoek maar af, zei hij, dan kunnen jullie makkelijk keren en terugrijden. Hij zou van de dierenarts wel een mandje te leen krijgen en anders kocht hij er een bij de Carrefour. Hij bedankte ons overvloedig en liep met de kat onder zijn bebloede arm de kliniek in.
Even later waren we een beetje beduusd terug op de parkeerplaats. Onze plek was bezet. Maar onze reisgenoten die we zomaar in een wildvreemde stad hadden achtergelaten waren er nog. 


zaterdag 19 augustus 2023

Roadtrip, vervolg

Sans Culottes


Toen de tenten stonden liepen we naar de bar. We hadden een goedgevulde ijskast gezien. Tijdens onze vorige reizen, een decennium geleden, was ik nog geheelonthouder en mijn dochters hielden het bij een enkel glas. Om mij te ontzien en omdat ze in die tijd nog vooral op feestjes dronken. Tien jaar later... Ik geef toe, we waren flink bourgondisch deze week en het leek soms alsof er een comité bierkenners op pad was om te speuren naar onbekende pareltjes met een alcoholgehalte van minstens 8 procent.

De bar was verlaten maar daar kwam de patron aanschuifelen. We hadden niets hoeven tekenen of betalen. Zoek maar een plekje waar het je bevalt. J'ai soif, had ik gezegd. Moi aussi had hij grijnzend geantwoord terwijl hij zijn hand langs zijn grijze snor haalde. Nu groette hij ons afwachtend. We plaatsten onze bestelling. Ik een Chimay vert, nog nooit gezien. Hij pakte de beslagen flesjes en ging in zijn glazenassortiment staan rommelen op zoek naar de juiste kelken. Moeilijke schouder, moeilijke rug. Doe geen moeite zei ik, er mag best een ander merk op staan. Hij nam het dienblad zuchtend mee naar buiten en zette het voor ons neer op de schragen tafel.
Daar was het lang verwachte moment. Niets zo lekker als, moe gereden, je eerste koude bier drinken, in de wetenschap dat de tent staat en er die dag niets meer van je verwacht wordt. We stootten de glazen tegen elkaar. Dat zouden we tot de laatste dronk blijven doen. Ik nam een slok. Uit mijn ooghoek zag ik dat de oude baas vlak bij ons was gaan zitten en ons nieuwsgierig bekeek. Hij had een gebroken neus en één hangend oog. Hij mengde zich algauw in het gesprek. Zijn Frans was nauwelijks verstaanbaar. Ik kon me onder die priemende blik niet echt ontspannen en het moment was niet wat het had kunnen zijn. Om hem te negeren waren we te beleefd.
Als tweede bier drong hij aan op een Sans Culottes, van de tap. Heerlijk, we zouden er geen spijt van krijgen. Hij bracht ons de schuimende glazen. Dit keer wel met bijpassend logo: half ontblote blonde dames in uitdagende houdingen. Hij wees op mijn dochters en knipoogde vet. Sans culottes - je vérifie... Hij verwachtte een lach van man tot man maar die bleef uit. Ik associeerde de naam met de militante paupers van de Franse Revolutie, de sansculotten, zonder chique kniebroek. Hij herhaalde zijn grap, met nog vettere knipoog naar mijn dochters. SANS CULOTTES.... JE VéRIFIE! Helaas, ik was te moe misschien, of ik ben niet meer de viespeuk van vroeger, maar het kwartje wilde niet vallen. Pas later snapte ik zijn flauwigheidje, toen hij al teleurgesteld was weg gesjokt. Ik legde het uit. Zonder broekje? Ik check het even. Mijn dochters waren tamelijk geschokt maar mijn vriendin vond het wel een lieve ouwe baas; we moesten het hem maar vergeven. Het was hier Amsterdam niet en het wokisme was nog niet tot het Fôret de Mormal doorgedrongen.
Toen we twee dagen later wilden betalen voor verblijf en consumpties was hij nergens te vinden. We gokten wat de onkosten waren en deden het envelopje in de brievenbus van de receptie. 

(Wordt vervolgd)


vrijdag 18 augustus 2023

ROADTRIP


Waaraan ik het te danken had weet ik niet precies maar ik prees me gelukkig. Mijn dochters kondigden aan dat ze weer eens samen met ons op reis wilden, net als vroeger. Maakte niet uit waarnaartoe, als het maar buitenland was. Er werd een week leeg gemaakt in de agenda. Ik hield, ongelovig, nog een slag om de arm en verheugde me niet te veel. Maar toen de datum naderde regelden mijn dochters oppas voor de katten en kochten in de Decathlon een nieuwe, ruimere tent en een luxe camping-gasstel dat niet om kon vallen op wiebelige grond. Ik begon in de atlas te turen en haalde wat sterk verouderde landkaarten tevoorschijn. 

2014 was de laatste keer geweest. Zuid-Engeland en Wales. De legendarische vakantie dat mijn zoon het vliegtuig naar huis miste omdat hij eerst nog rustig een hamburger wilde eten. Hij miste met de vlucht ook zijn 'vette schnabbel' en ging noodgedwongen met ons mee terug in het trage VW-busje. Het optreden moest hij overlaten aan een vervanger.
Het jaar daarop verhuisde mijn oudste dochter naar Londen en de jongste trok 's zomers haar eigen plan. Wij moesten voortaan onze roadtrips met ons tweeën doen. Het stemde me weemoedig, ik had erg van die reisjes genoten. Mijn vriendin zei dat ik niet moest klagen, ik mocht blij zijn dat ze überhaupt zo lang mee op vakantie waren gegaan. Dat was waar. Mijn vrienden waren slechter af. Ik was ondanks alles wat er in de moeilijke jaren gebeurd was een mazzelaar wat familieverbondenheid betrof.

De ochtend kwam. We vertrokken met een volgepakte auto naar de polder om mijn vriendin op te halen. 'Dit is zó nostalgisch,' lachte mijn jongste dochter. 'Wij achterin en jullie aan het stuur, kibbelend over de route.'
Dat laatste beloofde ik tot een minimum te beperken - we waren ouder en rustiger dan toen en bovendien had de achterbank een alwetende reisleider op haar telefoon. Die kaarten waren er meer voor de sfeer, ter oriëntatie, en om inspiratie voor reisdoelen op te doen.


(Wordt wellicht vervolgd...)


vrijdag 4 augustus 2023

Wijsheid, deugd en warme sokken


Heden verschenen: Wijsheid, deugd en warme sokken, een persoonlijke keuze uit de gedichten van Hermann Hesse, door mij liefdevol en zorgvuldig vertaald.


Een prachtig bibliofiel boekje, met de handpers gedrukt, in een schuifdoosje. 


Als je van écht mooie boeken houdt en van Hermann Hesses (volgens mij) behoorlijk onderschatte poëzie (en wat geld te besteden hebt) stuur me een berichtje. Hieronder de blurp van de uitgever, maar die is waarschijnlijk, als je dit leest, al door zijn beperkte oplage heen. Ik heb er nog een paar in de verkoop.

http://www.carbolineumpers.be/hesse.html


woensdag 2 augustus 2023

WATERDAG


Het was zwaar bewolkt, somber en regenachtig. De wind streek ruw door de bomen. Geen liefkozing, eerder wrede minachting. De zomer was halverwege maar leek voorbij. Kansloos. Vakantieplannen werden aangepast, flexibiliteit was vereist met dit weer. Wilde je de moed erin houden dan moest de blauwdruk (schaars geklede dagen in het gras en aan het water, zoele avonden onder de sterren) worden herzien. Zeilen mee, paraplu's, warme kleren, een scenario waarin musea, restaurants en andere binnenlocaties belangrijker waren.
Voorheen Rookzanger wandelde onder zijn reusachtige regenscherm van zijn voorlopig laatste tandartsafspraak naar huis. Hij voelde zich opgelucht en zag hoe dan ook uit naar een reisje met zijn dierbaren. Veel was nog onduidelijk maar op de pick-up naast de nieuwe schemerlamp met kraanvogels op het kapje die hij afgelopen weekend in een kringloopwinkel had aangeschaft (45 euro, het peertje werd niet meegeleverd) lag een opengeslagen Bosch Atlas en er begonnen vage plannen te rijpen, mogelijke routes namen gestalte aan, imaginair nog, verlokkend. De kraanvogels lichtten op, wiekten alvast naar verre oorden.
Na een vroeg dutje (hij had een goed excuus, want hij was al om half zes wakker geworden) zette hij een straffe koffie en liep zoals bijna elke dag naar het park. Het was nog steeds zwaar bewolkt, somber en regenachtig, en bovendien begon het hard te waaien. Hij ging op het bankje tegenover de ooievaars zitten. Het nest was en bleef leeg. De aerodynamische experimenten van de twee overlevende jongen waren blijkbaar goedgekeurd door de ouders. Geen wakende vader meer in de Schapenweide, de jongelui moesten het nu zelf maar uitzoeken.
Hij dacht aan inpakken en vroeg zich af wat hij moest lezen. Het bundeltje met verhalen van Waterdrinker was uit. Van Waterdrinker kreeg je dorst. De wodka stroomde overdadig in die Russische vertellingen. Weer een Maigret? Hij had er laatst nog twee herlezen. En Maigret was toch eerder iets voor tussen twee boeken door, als je het even niet meer wist.
Maigret. Grijze lucht. Regen. Hij herinnerde zich zijn eerste keer in Parijs. Werkweek heette dat alhoewel er geen enkel werk verzet werd. Schoolreisje zou een betere naam geweest zijn. 1972. Ze zaten in een café, Voorheen Rookzanger, Saphier en Gaston, vrienden voor het leven, zolang als dat leven duurde. Ze spijbelden. De rest van de klas was op excursie in het Louvre met de leraar Klassieke Talen. Zij zochten het échte Parijs op, zoals ze zich dat voorstelden. In een bedompte pijpenla lieten ze zich om elf uur 's morgens een glas rode wijn inschenken. Vijftien waren ze, en wereldwijs. De tannine van de wijn beklemtoonde het pittige en bedwelmende van de ongewone situatie - wat waren ze ver van Amsterdam Nieuw-West!
Hij stond op van zijn bankje met het vaste voornemen om zijn fantasie eer aan te doen. Hij zou een goedkope Franse rode wijn kopen, een landwijn, en die in een petit ballon schenken, niet in de grote chique glazen waaruit hij normaal dronk. 
In de Albert Heijn aarzelde hij. Het was woensdag immers. Waterdag. Maar had hij niet iets te vieren? De parodontologie zat erop. En hij stond op de valreep van een reisje. Vooruit dan maar - hij kocht voor het eerst in vele jaren een liter huiswijn. 'France'. Meer stond er niet op. 
Op straat bleek de in kracht toegenomen wind het weer volkomen te hebben veranderd. Een felle zon scheen uit vrijgekomen stukken blauw. De wolken waren wit. Plotseling leek het plan van goedkope rode wijn uit een petit ballon niet meer zo aantrekkelijk. 
In de Gall & Gall kocht hij een fles beendroge Muscadet. Alles weer gewoon. Behalve dat het een waterdag was natuurlijk.

Voorheen Rookzanger is weer even op pad, en meldt zich hopelijk later weer!