dinsdag 10 januari 2012

BOOM

Terwijl ik het lichtsnoer ontwar en min of meer netjes oprol bedenk ik, dat het eigenlijk idioot is dat ik twee verhuisdozen vol kerstspullen heb. Als ik alle kapotte ballen en die spuuglelijke van plastic nu eens weggooi, past het allemaal makkelijk in één doos. Ik doe het niet, maar neem me voor het de volgende keer te doen. Zo gaat het nu al jaren. Als de kerstboom onttakeld is schroef ik hem los van zijn standaard en wring ik hem door de balkondeur. Vroeger, toen er nog geen genetisch gemanipuleerde Nortons bestonden, leverde dat een regenbui van naalden op die nog weken aan kerstmis zouden herinneren. Nu breekt slechts een enkel takje af. Stofzuiger nauwelijks nodig. Als dat geen vooruitgang is! Op het balkon waakt de boom boven de straat, als een eenzame cypres op een bergtop. Woensdag mag hij mee met het grofvuil, maar de praktijk leert, dat hij er nog wel even zal staan. In heel wat ontluikende lentes hebben zijn voorgangers me aan de winter herinnerd. Wat is dat toch, dat uitstellen van simpele handelingen? De bierkrat waarop de boom rustte staat nu ook al weer bijna een jaar op het balkon te wachten op inlevering, en herinnert me aan mijn 55e verjaardag, waarop ik voor het eerst mijn gasten van drank voorzag terwijl ikzelf op een sapje kauwde: de Fanta met citroen en ijs had ik toen nog niet ontdekt. Mijn zus stuurde me met Oud en Nieuw een sms’je waarin ze zei dat ik wel een moeilijk jaar gehad zou hebben. Is dat zo? Droog en dor was het wel, vaak. Maar vergeleken bij het woeste landschap van de jaren ervoor was het een oase van rust. En in de onvruchtbare steppe begon steeds meer te ontkiemen: sterke bloemetjes die niet met alcohol bevloeid hoefden te worden. Mijn eerste kerst ‘zonder’ had ik nog uit moeten zitten. Ik kon niet meedoen met de gezelligheid en miste mijn beste vriend. De afgelopen feestdagen heb ik genoten van het gezelschap van mijn dierbaren en als ik de wijn al miste, was dat niet om de roes maar omdat hij bij een konijnenbout goed gesmaakt zou hebben. Het kan alleen maar beter worden. Volgende keer ruim ik bij het óptuigen van de boom de overtollige ballen al op.

Geen opmerkingen: