vrijdag 29 oktober 2010

ZWEMMEN

We zouden gaan zwemmen. Fatima, Wouter en ik. In de kliniek hadden we, gemotiveerd door alle nadruk die de behandelaars legden op sport, beweging en een geregeld leven, afgesproken elkaar na onze vrijlating iedere dinsdagnamiddag te treffen bij het Zuiderbad. Vrij zwemmen voor cliënten van Huize J. op dat uur, dus dat scheelde weer in de portemonnee. Er kwam een kink in de kabel. Het Zuiderbad was met zomerreces. Het water was moe. Toen de herfst flink had ingezet kreeg ik onverwacht een sms'je van Fatima. Ik had de onderneming al opgegeven. Aanstaande dinsdag half zes? Met haar ging het goed. Afgezien van een of twee blowtjes was ze clean gebleven. Ze was vol goede moed. Met mij ging het minder, maar dat hield ik maar voor mezelf. Die dinsdag stond ik al om kwart over vijf voor de ingang van het zwembad. Met een Albert Heijntas waarin een handdoek, een haarborstel, shampoo en een van mijn zoon geleende zwembroek. Vaders laadden hun kindjes in bakfietsen, of joegen ze de trap op, nog een laatste gehaaste deal regelend via hun mobiel. Mijn mobiel had ik thuisgelaten. Ik probeer namelijk los te komen van die dwangmatige zucht naar 24-uurscontact, of het nu mail, mobiel of Facebook is. Werkelijk contact, live, van aangezicht tot aangezicht, daar gaat het om! Zo kwam het dat ik een half uur later nog steeds voor de entree van het Zuiderbad stond. Ik luisterde naar de ratelende herfstwind in de bomen, keek naar het vale licht van de ondergaande zon boven het Rijksmuseum, en had het niet slecht. Alleen had ik spijt dat ik geen pijp had meegenomen. Eigenlijk, dit strict onder ons, was ik opgelucht dat Fatima niet op kwam dagen. Ik had mijn best gedaan, maar hoefde niet. Ik zou nu een venijnige opmerking kunnen maken over onbetrouwbare junks, maar geef vooral mezelf de schuld. Het is een lieve meid. Er is vast iets tussen gekomen en ze heeft me ongetwijfeld proberen te bellen. En je mobieltje thuis laten, dat is in deze tijd volstrekt ondenkbaar. Zo niet verboden.

Geen opmerkingen: