vrijdag 18 december 2020

KERSTGEDACHTE



De Kerstman kwam langs, even later gevolgd door de Kerstvrouw. In het normale leven, dat al zo lang geleden lijkt, zijn ze penningmeester en voorzitter van 'mijn' Linnaeuskoor. Ze brachten me het jaarlijkse kerstpakket, een grote doos tot de rand gevuld met delicatessen. Ook aan de poezen was weer gedacht. Ik bekende dat ik me wel een beetje verlegen voelde om die verwennerij, waar ik anders dan andere jaren niets voor had hoeven doen. Of liever, niets voor had mogen doen. Ze wuifden dat weg - ik had toch al die mooie muziek voor ze geschreven? - en daar was ik ze dankbaar voor. We praatten over literatuur, Dickens, Trollope en Geerten Meijsing, wiens Zeven Kerstvertellingen onlangs zijn verschenen, over Midsomer Murders (waarvan ik de afleveringen nu eindelijk, dankzij de repetitiestop, in hun geheel kan zien) en over, natuurlijk, de Toestand. Toen ze na de koffie weer vertrokken bedacht ik dat ik ze weleens wat sterkers had mogen aanbieden. Het was nog geen borreltijd weliswaar, maar wat is de klok in deze dagen? Ik probeer alles zo normaal mogelijk te doen, te bloggen op vaste tijden, te wandelen op steeds hetzelfde uur. Leven volgens een prikklok van eigen makelij om niet weg te glippen in het uitzichtloze moeras waarop ons gesloten bestaan soms lijkt. Maar deze vrijdagmiddag in de opmars naar kerst zou een goed moment zijn geweest om te breken met gewoontes. Ik joeg, zwaaiend met een fles Barolo uit 2016,  kat Snuitje weg van de tafel, die daar hevig aan een dikke worst aux noisettes entières aan het ruiken was, en joeg daarmee ook de zinloze spijt uit mijn hoofd. 

's Ochtends had ik ook gebroken met een gewoonte. Op het uur waarop ik normaal mijn vrijdagse blog schrijf stond ik aan de oever van de Zaan met een elektrische gitaar in mijn handen. De zon scheen op het water, er blies een frisse maar milde wind, er kwam een roestige vrachtschuit langs. Mijn zoon en ik hadden zojuist een twin solo ingespeeld voor onze aanstaande kersthit, en mijn dochter filmde ons in allerlei woeste poses voor de bijbehorende video. Ik had geen elektrische gitaar meer aangeraakt sinds de dagen van mijn jeugd, toen ik met haar tot halverwege de rug in de band Lotos de leadguitar speelde. Nu had ik na een paar dagen oefenen blaren op mijn vingers van de ongewende harde stalen snaren maar ik moest vaststellen dat ik het beter deed dan vroeger; de lessen van mijn zoon waren niet voor niets geweest, zo hoog op de hals (of moet ik zeggen laag?) had ik nog nooit gedurfd.

Als deze ellendige tijd één voordeel oplevert dan is het toch dit: dat we met een beetje geluk loskomen van het beeld van onszelf dat samenhangt met onze maatschappelijke functie en dat we terug kunnen keren naar wie we lang geleden waren. Die ochtend was ik even weer zestien geweest. En 's middags was ik als een kind zo blij met mijn onverwachte kerstcadeau. 'Je bent iets vergeten,' zei ik tegen de voorzitter toen ze al met haar jas aan stond. Ik reikte haar het in bruin papier gehulde pakje aan dat op tafel was achtergebleven, naast de doos met lekkers. 'Nee, dat is voor jou,' zei ze. 'Ook dat nog,' stamelde ik, in gedachten blozend. Het was een hyacint, die misschien al snel gaat geuren naar de lente.


Geen opmerkingen: