vrijdag 3 april 2015

LITHIUM

De wind woei stormachtig en de zon was scheutig met voorjaarslicht. Daarbij was het bijna volle maan. En ik had een lichte koorts. ‘Heb medelijden met mij, arme stemmingswisselaar en meteopaat!’ riep ik naar de elementen, maar die luisterden natuurlijk niet en trokken hun eigen, woeste plan.
Ook in de oude Maigret die ik uit de kast had getrokken om een leesvacuüm op te vullen stormde het. Dat was een tegenvaller, want ik had Maigret in de mist juist uitgezocht omwille van de rust. De treinreis door de herfstige nevel waarmee het opent leek me precies wat ik nodig had om de turbulentie in en om me heen een beetje te vergeten.
In mijn nadagen als alcoholist heb ik een paar keer een manische periode gekend, een hysterische variant van de euforie die me al zolang als ik leef vertrouwd is en die ritmisch afwisselt met zijn grijze tegendeel – vaak in tweekwartsmaat, soms wat modernistisch schokkerig. Ik ben daar bang voor geworden en ben op mijn hoede als ik de symptomen herken. Een daarvan is wat ik als pop up geluk zal omschrijven. Zonder enige aanleiding geeft iets me een hevig geluksgevoel. Dat kan van alles zijn, van een gedachte tot een beeld of een geluid. Ik heb geleerd die wilde bloemen even te bewonderen en ze vervolgens te laten staan. Dat gaat gepaard met een dof maar kortstondig gevoel van verdriet. Verdriet om het verlies: als ik mijn hart volgde zou ik ze plukken en tot het laatste blaadje determineren. Zo ben ik mijn eigen lithium.

Dit keer was het een zinnetje van Simenon dat me verrukte.
‘Ze liepen door, zonder van elkaar iets anders te horen dan het geknister van het zand, dat onder elke pas werd samengeperst. En de strandvlooien wipten voor hen uit, gestoord in hun feestmaal van algen, die de zee had aangedragen.’
Ik ben altijd meer een liefhebber geweest van de latere, Parijse Maigrets. Die vroege boeken vond ik altijd rommelig. Ik miste er de beroemde psychologie in. De personages sprongen er heen en weer tegen een achtergrond die met snelle, dikke penseelstreken was geschilderd. Maar nu trof het me dat ze een geheel andere leeshouding vereisen. Simenon schetst, wij vullen in. Er wordt niets uitgelegd, er wordt getoond. De schrijver denkt en schrijft in beelden, van ons wordt verwacht dat we oplettend meekijken. Zo komt, filmisch, het verhaal tot leven in ons hoofd.
Vereist voor het succes van zo’n leeservaring is wel dat we over genoeg referentie beschikken om de door Simenon aangedragen beelden te kunnen plaatsen, om zo aan de hand daarvan de hele omgeving waaruit ze stammen te reconstrueren. Voor iemand die zo vaak als ik over Bretonse en Normandische stranden heeft gekuierd was de geciteerde passage een inkoppertje. Ik las hem invoelend, de geest scherp door storm, koorts en andere opwinding, en was daar, aan het strand bij Ouistreham, een smoezelig havenplaatsje nabij Caen. Misschien dat het dat onverwachte detail van die zandvlooien was dat de verbeelding de sprong deed maken.
Ik liep met een nog jonge en stoere Maigret mee door een wereld van koppig zwijgende en drankzuchtige matrozen. Af en toe werd ik uit het verhaal gezogen door een opflitsende gedachte, of door een geluid van boven: mijn zoon was in de zolderstudio bezig een demo op te nemen met een zanger. Maar dan nam Simenon me weer mee, à voix basse: ‘Het was fris. De zee was kalm. De witte zoom van de waterlijn rolde heen en weer op het ritme van een ademhaling, vergezeld van het geritsel van gebroken schelpen.’
Toen mijn ogen gingen branden alsof het zout van de zee ze had aangetast deed ik het licht uit en kroop weg onder het dekbed. Boven waren ze bezig met een liedje van Ricky Martin. Livin’ la vida loca was het laatste wat ik hoorde voor ik in slaap viel.


('Le port des brumes' stamt uit 1932. Het werd als 'Maigret in de mist' vertaald door mevrouw J. Gethmann-Sterkenburg en in 1965 uitgegeven door A. W. Bruna & zoon)

2 opmerkingen:

Geerten zei

Goed stuk, J.-P.! Over stemmingen, of B.P. Over lezen en HOE te lezen. Het genot van lezen. Van herlezen. Pop up-geluk - mooi gevonden! Ook mij viel meteen het detail van de zandvlooien op. Jammer van de eerste alinea in Bommelstijl.

Jan-Paul van Spaendonck zei

Dank je, maestro! Ik had al stiekem gehoopt dat je dit zou lezen. Bommelstijl... Je hebt gelijk, maar dat hoort ook bij mij. In een papieren uitgave zou ik dat begin niettemin waarschijnlijk wel wat strakker trekken.