zondag 13 juni 2010

KOOI

Ik wil hier gewag maken van een bizar incident.
Vanmorgen ben ik naar een uitvoering geweest van ‘La Messe Basse’ van Gabriël Fauré, gezongen door een oud-leerling van me en haar dochter. Wonderlijke, sobere, mystieke muziek, transparant en transcendent. Prachtig geïntoneerd door de beide dames en ideaal op zijn plek in de neo-Romaanse kapel van het Onze Lieve Vrouwengasthuis. Ze hebben daar een goede bakker, de hostie was lekker knapperig, en ook de oecumenische koffie na afloop was krachtig. Blijkbaar leeft het geloof nog daar.
Ik wilde me na afloop nog niet in mijn kooi opsluiten, maar nog wat onder de mensen zijn. In een grand café bestelde ik aan de bar een cappuccino. Uit de speakers klonk op beschaafd zondagmorgenvolume een rapper. Plotseling verhief zich door het parlando heen een onvast vibrerende stem, als Piaf op een kromme 78-toerenplaat, die zong: ‘Ma chambre a la forme d’une cage’. Even meende ik te hallucineren, want ik had juist de middag tevoren nog aan die regels van Guillaume Appolinaire gedacht. Poulenc heeft ze op muziek gezet, en ik heb het vaak met veel instemming gezongen, dit ‘luiste lied van de wereld’. De tekst leek me ook uitermate geschikt om op te nemen in dit blogje, dat, die afspraak heb ik met mezelf gemaakt, vooral over zingen en roken, en liefst allebei tegelijk, moet gaan. Het pardoes opduiken ervan in een lounge-rap voor de zondagmorgen beschouw ik dan ook als een teken van hogerhand, een vingerwijzing Gods, Die mij door mijn kerkgang meer dan anders welgevallig was en leek te zeggen: ‘Ik sta achter je, ga zo door! Gooi je kont tegen de kribbe en zing de lof van het roken!’

Hôtel

Ma chambre a la forme d’une cage
Le soleil passe son bras par la fenêtre
Mais moi qui veut fumer
Pour faire des mirages
J’allume au feu du jour ma cigarette
Je ne veux pas travailler
Je veux fumer.

Hotel

Mijn kamer heeft de vorm van een kooi
De zon steekt zijn arm door het raam
Maar ik die wil roken
Om luchtspiegelingen te maken
Ik ontsteek mijn sigaret aan het vuur van de dag
Ik wil niet werken
Ik wil roken.

Geen opmerkingen: