vrijdag 8 januari 2016

DAMPEN


Ik word binnenkort zestig, ik word in diezelfde maartmaand opa, en ik heb toegezegd om in het voorjaar Debussy te zingen: drie goede redenen om eindelijk eens te stoppen met roken. Het wordt de hoogste tijd om wat er over is aan conditie te preserveren en wie weet te verbeteren. Een zestigjarige grootvader kun je desnoods ook piepend, kuchend en riekend naar as zijn, maar voor Debussy is die conditieverbetering wel een voorwaarde, want mijn huidige keel is nauwelijks geschikt voor de verfijning, de souplesse en de nuances van dat repertoire - hoesten heeft de stembanden stug gemaakt.

Maar cold turkey wilde ik het niet meer doen. In oktober had ik dat geprobeerd. Ik schrok van de gevolgen. Ik had gedacht dat ik, als trouw mediteerder, wel tegen de zucht opgewassen zou zijn: die zou ik kunnen uitzitten, kunnen relativeren, verlicht kunnen weglachen. Daarin had ik gelijk. In dat geestelijke opzicht was het opvallend gemakkelijk. Maar mijn lichaam dacht er anders over, dat had moeite met de ontwenning. Ik was misselijk, voelde me raar en slap, en leed aan een merkwaardig concentratiegebrek. Mijn aandacht werd dringend elders gevraagd, maar waar? Ik speurde alle kanten op maar ontmoette slechts blanco vragen. Het was of er nog iemand in mijn hoofd woonde. Iemand die ik niet kon zien of horen, maar ik wist, ik voelde dat hij in een ander compartiment dan waarin mijn eigen bewustzijn huisde druk bezig was. Achter de blinde wand werd geschreeuwd om hulp en gegesticuleerd om mijn aandacht te trekken, maar ik kon niet helpen, stond machteloos aan de kant, blind, doof en verontrust.
Nee, dat was niet fijn geweest. Drie verloren dagen. Dit keer zou ik het anders doen, ik zou de nicotine kunstmatig toedienen en langzaam afbouwen. Geen pleisters of kauwgum, maar een e-sigaret. Mijn hookah van Zensations had ik in een hotel in Duitsland laten liggen, dus ik bestelde een nieuwe. Ruim voor één januari. In afwachting van het tabaksloze nieuwe jaar, het jaar waarin Rookzanger tot Dampzanger zou worden, vulde ik mijn mooiste pijpen met een dure tabak en verzadigde mijn verkouden bronchiën met de scherpe, kruidige rook van mijn favoriete Camel zonder filter.

Op Oudjaarsdag was er geen post. Nieuwjaarsdag had ik dus nog respijt. Ik had nog genoeg tabak en rookte die zorgeloos, als een toegift. Maar op zaterdag bleef de bezorging ook uit. De dure tabak raakte op. Met een flets gevoel van uitstel kocht ik een pakje filtersigaretten, 19 Marlboro's voor 'slechts' 5,70. Daarmee zou ik de zondag wel doorkomen, en de maandag. De post van dinsdag zou toch zeker mijn waterpijpje wel brengen - ondertussen pufte ik om te oefenen alvast wat aan mijn grote elektronische pijp, een verjaardagscadeau dat zwaar in de hand ligt en slechts kleine wolkjes afgeeft en daarmee voor de alledaagse nicotineopname minder geschikt is - je moet er rustig voor gaan zitten en geduld hebben.
Woensdagmorgen belde ik de firma. De man putte zich met een dik Brabants accent uit in verontschuldigingen: het regende klachten, er was een zending pakjes gestrand, ergens, Post.nl had er een zooitje van gemaakt. Ik dacht aan mijn eigen tijd als postbode rond de jaarwisseling en kon me dat niet zo goed voorstellen. Maar zijn volgende opmerking maakte dat ik mijn scepsis inslikte: hij zou metéén een nieuwe startersset de deur uitdoen, en om wat goed te maken, meneer van Spaendonck, doe ik er een extraatje bij. Ik hing tevreden op, veterde mijn schoenen, deed mijn jas aan, stak mijn resterende filtersigaretjes bij me en ging de deur uit, op weg naar café, koffie en krant.

Op de deurmat lag een klein wit pakje. Ik overwoog even om naar boven te rennen en de nieuwe zending te annuleren maar zag daar toch maar van af. Een mens mag toch wel eens een mazzeltje hebben.
Het tweede etuitje arriveerde stipt de volgende dag. Het bleek geen overbodige luxe, want de eerste hookah vertoonde gebreken. Die gaf slechts mondjesmaat wolkjes af, na hard aandringen van de lipspieren. Zo hadden we, de Brabantse leverancier en ik, met die alsnog gearriveerde bestelling en met mijn telefoontje toch mooi een hele fase overgeslagen, en waren we een klacht en een restitutie vóór geweest.

2 opmerkingen:

Hans Valk zei

Het dramatische begin van dit stukje in aanmerking genomen, eindigt het een tikkeltje onbestemd. Want de grote vraag is natuurlijk of het gaat het lukken afscheid te nemen van het roken.
Dit wordt een verhaal in meerdere afleveringen, vermoed ik.

Jan-Paul van Spaendonck zei

We zullen zien, Hans. Ik heb goede hoop. Met de valkuilen van verslavingen heb ik inmiddels wel enige ervaring....