woensdag 24 november 2021

Stoa of schildpad?


Na de vorige persconferentie kondigde ik een nieuw persoonlijk beleid af. Ik zou me voortaan niet meer verzetten. Uit verzet immers, weten de Boeddhisten, komt lijden voort. Ik maakte mezelf alleen maar ongelukkig door het zo oneens te zijn met alles. Door me zo op te winden. Voortaan zou ik blij zijn met de dagen dat ik normaal kon werken of naar café dan wel restaurant kon (op welke tijd dan ook) en me schouderophalend schikken als dat niet meer mocht. Tant pis, volgende keer beter. Stoïcijn zou ik worden.

Ik hield het maar kort vol. Er kwam een mailtje van het kerkkoor. 'Gezien de...' was besloten, van hogerhand, om de repetities voorlopig weer te cancellen. De mis moest weer met maximaal vier cantores worden uitgevoerd, in plaats van met het hele koor. Ik sputterde heftig. Het hele koor, dat zijn, na de ravage die de crisis achterliet, nog maar acht (8) mensen. De ruimte van de monumentale kerk is immens. Iedereen is gevaccineerd. Wat was het probleem? Ik mailde terug, dat ik het erg jammer vond, maar niet anders kon dan me te schikken naar deze zoveelste gril van virus en beleid. 
Maar mijn stoïcisme stond ondertussen alweer flink onder druk. De waarheid is dat ik niet zo'n flexibel mens ben. Ik had na de zomer weer erg moeten wennen aan de semi-normale gang van zaken, met al die drukte, dat verontrustende gebrek aan afstand. Eenmaal gewend echter genoot ik van het werk, het gevoel iets zinnigs te doen, ergens naartoe te leven: een concert met mijn Linnaeuskoor, de première van mijn in lockdown geschreven Missa in tempore Coronae met het kerkkoor, een theatervoorstelling. Nu was dat alles weer onzeker. Terug naar af?
Het weekend dat volgde was druk met familiegezelligheid. Een kroegentocht met mijn broer. Een spontane jam met zoon en neef. Zonder het te willen kwam het gesprek meermaals op de kwestie, die ik het liefst stoïcijns had vermeden. Gesprekken, waar je de volgende dag een kater van overhoudt, als je die al niet had van de schielijke, al discussiërend genuttigde glazen.
Ik begon het nieuws weer fanatiek te volgen, keek voortdurend op mijn telefoontje. Zo werd het niks met die Stoa. 

Gisteren (een middag vol schel licht, donkere wolken en regenbogen) was ik zelfs na een lange wandeling nog nerveus. Ik was met een vriend aan het chatten. Ik klaagde over de ophitsende rol die de media wel érg gretig vervullen. Hij reageerde met een GIF: een schildpad die zijn kop terugtrekt. 
Ach ja, dacht ik. Als stoïcijns zijn me niet lukt kan ik altijd nog proberen me in mijn schulp terug te trekken. Ik zou telefoon en NPO eens een tijdje uit kunnen laten, bijvoorbeeld. Als me dat nog lukt. Weer eens proberen me in een boek te verdiepen, een leuke film te kijken, de binnenwereld voorrang te geven boven de buitenwereld, net zo lang tot het niet meer zo stormt in mijn hoofd.
Want waarom zou ik de vinger zo nerveus aan de pols moeten houden? Ik leef niet op een eiland en ook niet onder een steen. Als er een stellingname van me verlangd wordt in het maatschappelijk debat hoor ik dat wel, want ook schildpadden hebben oren. 


Geen opmerkingen: