![]() |
Westwaarts ging het daarna, want de buitengebieden van de stad stonden centraal in deze editie van Open Monumentendag.
In de Molen van Sloten, het toeristische poldergemaal dat er nog steeds voor zorgt dat wij in Nieuw-West geen natte voeten krijgen, was de laatste rondleiding volgeboekt. We keken er een tijdje naar alle bedrijvigheid. Er waren beelden van Rembrandt en Saskia, van Vincent van Gogh (wat deed die hier??), een friettent. Mijn vriendin herkende in een van de rondleiders een collega van vroeger. We kregen wat info mee en besloten later nog eens terug te komen. Ik besefte inmiddels dat ik wel heel veel over de aan Nieuw-West grenzende gebieden heb gelezen, maar er veel te weinig ben geweest, voor iemand die pretendeert met kennis van zaken over de Westelijke Tuinsteden te schrijven en te zingen.
We staken het water over en liepen langs het Zwarte Pad. Research! Ik stel al zes jaar, samen met Fred Martin, een boekenreeks samen die Tussen Andreasplein en Zwarte Pad heet, maar geen voetstap had ik liggen op dit lange rechte wandel- en fietspad tussen De Aker en de Ringvaart in, dat voert langs de weelderige achtertuinen van de woonboten en waterhuizen. Ons doel was die andere plaatselijke molen, die van De Aker. Geen wieken, hij werkt niet meer, het betreft hier een molenstomp. Mooi woord, vond ik, nooit gelezen of gehoord. De Akermolen is sinds de restauratie van 2010 een theehuis, hoewel dat niet letterlijk genomen hoeft te worden: ik laafde me er aan Stoutmoedig, een heerlijk bier van Brouwerij de 7 Deugden, gebrouwen even verderop, pal naast de Molen van Sloten. Het was hier landelijk toeven, zo aan de uiterste grens van de stad. We besloten Amsterdam maar helemaal achter ons te laten voor vandaag en aten heel lekker op het terras van een brasserie aan de Ringvaart. In het verre Badhoevedorp. Daar was ik in vijftig jaar niet geweest.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten