vrijdag 14 oktober 2016

Rookzangers notitieblog (18)



1.

Over de kwestie van de vrijwillige levensbeëindiging zou ik mijn mening niet graag verplicht zijn te geven. Enerzijds... daar gaan we al. Ik zou verzanden in enerzijds en anderzijds. Gezond verstand, humane logica, ethisch verantwoorde consequentie in de beste Socratische traditie? Of toch de signalen van decadentie, de stuiptrekkingen van een maakbaarheidscultuur die zwaar teleurgesteld is in zijn eigen streven? De pijnlijke uitkomst van ons materialistische denken?
Het kwam wel erg dichtbij toen ik 's middags belde om mijn vader te feliciteren met zijn eenennegentigste verjaardag.
'Ik zal eens kijken of ik hem aan de telefoon kan krijgen.' Mijn vader zat ernaast. Er was enig gehannes. Ik begon alvast in blokletters te roepen maar ze waren zover nog niet.
'Jan, het is Jan-Paul aan de telefoon. Wil je hem even spreken?' Een stilte. 'Hij schudt van nee. Hij eet zijn gebakje.' Twee maanden geleden spraken we nog niet in de derde persoon over mijn vader waar hij bij was. Twee weken geleden kwam hij nog aan de telefoon.
'Hij loopt nu rond met zijn koffie... Hij propt zijn servetje in zijn mond, hij denkt dat alles eetbaar is. Jan... Wat ga je doen?'
Ik hoorde opeens toch de stem van mijn vader, nog steeds vast, met de vertrouwde warme, een beetje hese klank: 'Doen? Vandaag? Niet veel.'
Het is vreemd hoe snel we onze normen naar beneden bijstellen. Bij mijn laatste bezoek klampte ik me vast aan het feit dat je nog snippers conversatie kon voeren met hem, dat er momenten waren dat het lampje brandde in de grijze woestenij waarin hij ronddoolt. Nu is dat alweer verleden tijd en teveel gevraagd, en ben ik blij dat we hem überhaupt horen praten. Nog maar kortgeleden was dagopvang een mogelijkheid waarover gespeculeerd werd, nu is dat al een héél mooi scenario vergeleken bij een op handen zijnde 'uithuisplaatsing'.
Het was een zwarte dag, deze dertiende oktober.


2.

NOBELPRIJS

Een man die kraait bij de akkoorden van
een kampvuurdeun; een ander die er dansend
dwars doorheen aan 't joelen is: het zijn
twee poplegenden in onvast duet.
De kraai, vertelt het nieuws, heeft de Nobelprijs
voor de literatuur zojuist gewonnen.
Hij wordt in praatprogramma's vergeleken
met Shakespeare en Homerus ('Ook een zanger').
En: 'Juist zijn slordigheden zijn zo goed.'

Ik hoor het somber aan en haat de tijd
waarin ik leven moet. Maar dan besef ik
dat ik net zo goed kan lachen om de
waanzin van de wereld. Even later
kraai ik smalend met Bob Dylan mee.




Geen opmerkingen: