vrijdag 14 februari 2020

PITCH

Mijn compagnon moest een vliegtuig halen, dus of ik het gesprekje met de subsidiecommissie kon doen? Geen probleem, tien minuutjes van mijn tijd op een dooie donderdagavond.
Ik reed Osdorp in, over de Pieter Calandlaan. Een geweldige stroom koplampen ging me voor. Wat hadden die mensen daar te zoeken? Pas na een kwartier had ik een parkeerplaats gevonden, en dan nog alleen maar omdat er net iemand vertrok. Ik moest een flink eind teruglopen. Van de kolossale gebouwen herkende ik niets, in mijn tijd stonden daar bakstenen portiekwoningen. Wel herkende ik de galerijflats aan de overkant van de Baden Powellweg, aan Langswater, daar had ik vroeger nog, zonder hoogtevrees, gevreeën met mijn eerste liefde, maar toen waren het betonnen eilanden geweest in een landelijk gebied, aan de groene grens van de bewoonde wereld.
In het gebouw van Eigenwijks nam ik plaats in de riante hal. Op een salontafeltje lag een glossy over yoga. Even verderop ging een glazen deur open. Ik zag mensen op matjes zitten. Twee jonge vrouwen kwamen naar buiten. 'Vorige keer was het vier euro, en nu moest ik vijf betalen,' zei een van de twee.
Ook in deze onherbergzame massa van steen, glas, asfalt en koplampen gingen mensen naar een buurthuis, dat stelde me gerust.
Ik werd opgehaald. Met tasje en hoed in mijn hand volgde ik een jongeman met een zachtaardig baardje. Hij ging me voor een helverlichte zaal in. En daar zat, aan een vierkant van tafels, zeker een dozijn mensen, papieren voor hun neus. Verrast hield ik even in. Ik gaf de voorzitter een hand (haar kende ik nog van vroeger) en keek onzeker om me heen. Ik werd uitgenodigd om aan het hoofdeind van de vierhoek te gaan staan. Zitten mocht eventueel ook. En dan moest ik mijn zaak beknopt bepleiten. Ik kreeg precies tien minuten. Dan zou er een belletje gaan, en waren er misschien nog wat vragen.
Ik keek langs de onbekende gezichten, op zoek naar een dat me welgezind was, hapte naar adem en begon. Gelukkig ben ik ervaren in het spreken voor groepen, en de adrenaline liet me op de juiste woorden komen. Die twintig jaar van liedjes en verhalen over Nieuw-West lieten zich ook zonder voorbereiding soepel samenvatten.
Toen ik klaar was waren er nog een paar minuten over. Een enkele praktische vraag, en dat was het. Binnen een week kon ik de beslissing tegemoetzien. Ik groette en zocht mijn auto weer op.

De kranten ruimden deze week hele pagina's in voor het naderende afscheid van Matthijs van Nieuwkerk. De media smullen het liefst van zichzelf, dat is bekend. Ik wil de verdiensten van dat programma heus niet kleineren, maar een paar kanttekeningen heb ik toch wel te plaatsen. Er was aandacht voor kunst, cultuur en wetenschap, zeker. Maar de geleerden leken toch vooral op stripfiguren. 'Er is groot nieuws. We hebben hier aan tafel een primeur,' kondigde Matthijs dan handenwrijvend aan. Professor Prlwytzkofski vertelde vervolgens dat kanker binnen tien jaar verdwenen zou zijn. Of Professor Zonnebloem legde in eenvoudige mensentaal uit hoe het heelal in elkaar stak. De heren professoren wisten heus wel dat ze de zaken enigszins chargeerden, maar konden het warme bad van spotlights en enthousiasme niet weerstaan. Kunst? Iedere dag muziek tussen het gebabbel, muzikanten stonden te trappelen om act de présence te geven. Maar dankzij DWDD zijn we het normaal gaan vinden om een popliedje (van zichzelf toch al een beknopte vorm) te reduceren tot een minuut; we mochten ons eens gaan vervelen. En nooit kwam het vercommercialiseerde karakter van de literaire wereld genadelozer aan het licht dan tijdens de zogenaamde boekenpitch: veertien auteurs moesten in ieder 30 seconden een sneakpreview geven van hun nieuwste roman. Het was alsof je op de Albert Cuyp stond. Mooie verse aardbeien! Pioenen! Koop mij, lees mij!
Terwijl ik de oude stad weer inreed overwoog ik hoe de dagelijkse tv-praktijk ons doen en laten beïnvloedt. Vroeger werd je door een commissie ondervraagd. Het initiatief lag bij de ander. Nu wordt er een pitch van je verwacht. Vermaak ons maar, overtuig ons maar. Dankjewel Matthijs. Chapeau.


1 opmerking:

Hans Valk zei
Deze reactie is verwijderd door een blogbeheerder.