donderdag 21 juli 2022

HONING

Het weer sloeg drastisch om. Van een paar verfrissende druppels belandden we na een nog heel warme nacht in een winderige regen die meer dan alleen welkome koelte bracht. Ik zag het aan de katten. Die hadden twee dagen lang hun bestaan ontkend en nu probeerden ze de gaten in het gaas te vinden waardoor ze naar andere balkons en een avontuurlijker leven zouden kunnen ontsnappen. Onrust, plotseling, na lethargie. 
Ik had mijn dochter beloofd shampoo bij Holland en Barret te kopen en was naar de Ferdinand Bolstraat gelopen. Terug naar huis kwam ik langs de Aldi, waar ik zelden kom. Ik kocht er spullen voor het avondmaal en een fles beendroge Riesling. Aldi is Duits. We gaan morgen voor een paar dagen naar Duitsland en ik wilde in de reisstemming komen die me met die hitte maar niet wilde overvallen. 
De loomheid van de tropische dagen had me ondanks de weeromslag nog niet verlaten en ik voelde de behoefte aan een bankje om samen met mijn boodschappen op uit te rusten.
Aan de Jozef Israëlskade trof me een zoete geur. Verleidelijk, een vleugje bittere honing en anijs. Een geur uit mijn jeugd.  Geen liguster maar wel het aroma van bermen en kruidige belofte aan ... ja, aan wat? Ik ging op het bankje zitten en zette mijn paraplu op. Vanonder dat regenscherm keek ik naar het rimpelende water. In de begroeiing van de oever lag een gedeukt blik Heineken, halve liter. Eromheen waren wat peukjes filtersigaretten uitgestrooid, vertrapt. Ik nam alles goed in me op. Waar kwam die geur vandaan? Uit zijn krachten gegroeid en verwaaid onkruid schoot uit het vale gras op, wiegde in de natte wind. Kleine gele bloemetjes, deels verdord.
De regen ruiste zachtjes op mijn plu. Ik pakte mijn telefoon en opende de planten-App. Die was onzeker. Kleine honingklaver, was het eerst, melilotus indicus.  En bij een tweede poging, 'gewone raket'.  Gezien de geur, die fijne zoete, geheimzinnige geur van de zomer,  besloot ik dat het maar de honingklaver moest zijn. 
Ik sloot mijn telefoon en bleef nog even zitten mijmeren. Toen ik opstond besefte ik dat er al die tijd geen mens was gepasseerd. 

 

Geen opmerkingen: