De zanger strompelde de trappen op. Bovengekomen toonde hij me zijn bebloede polsen en handpalmen en zijn open knie. Hij was met de vouwfiets vanaf het station gekomen en had een lelijke smak gemaakt. Dat was hem in jaren niet overkomen, zei hij verontschuldigend. Ik zei dat we allemaal een dagje ouder werden. Zou het zingen wel gaan? Jawel, hij had nergens last van. Hij moest alleen de wonden even schoonmaken. Ik ging op zoek naar de juiste hulpmiddelen. Ik rommelde in laden en kasten, een beetje ontdaan. W.c.-papier was ook goed, bood hij luchtig aan. Ik zei dat dat nou juist het probleem was. Het stond met uitroepteken op mijn boodschappenlijstje maar ik was nog niet naar de winkel geweest. Tissues dan? Nergens te vinden. En die rol gaas waarmee niet lang geleden nog een enkel was gespalkt was ook weg. Ik wees hem de kraan en gaf hem wat kerstservetjes van vorig jaar. Daarmee ging hij in de weer terwijl ik de medicijndoos inspecteerde en een tube betadine-zalf tevoorschijn toverde. Al gauw waren de papieren sneeuwmannetjes bloedrood en verfrommeld.
Even later stond hij zingend naast de vleugel met een knie dik in de bruine zalf. Het zag eruit alsof gangreen reeds had ingetreden. We praatten over 'het vak' alsof er niks aan de hand was.
Nadat hij zich met krachtige bas-bariton door de aria uit De klokken van Corneville had heen gezongen namen we hartelijk afscheid. Ik drukte hem op het hart om langs een drogist te gaan voor het wondgaas dat ik niet had kunnen vinden.
Buiten op straat heerste een knisperige sfeer. De schemering viel koud en donkerblauw. Pompoenen met grijnzende tronies en kinderen met heksenhoeden en geschminkte open wonden herinnerden me aan de datum. In de trein zouden ze in elk geval van zijn oranje polsen niet erg opkijken.
Even later stond hij zingend naast de vleugel met een knie dik in de bruine zalf. Het zag eruit alsof gangreen reeds had ingetreden. We praatten over 'het vak' alsof er niks aan de hand was.
Nadat hij zich met krachtige bas-bariton door de aria uit De klokken van Corneville had heen gezongen namen we hartelijk afscheid. Ik drukte hem op het hart om langs een drogist te gaan voor het wondgaas dat ik niet had kunnen vinden.
Buiten op straat heerste een knisperige sfeer. De schemering viel koud en donkerblauw. Pompoenen met grijnzende tronies en kinderen met heksenhoeden en geschminkte open wonden herinnerden me aan de datum. In de trein zouden ze in elk geval van zijn oranje polsen niet erg opkijken.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten