vrijdag 2 april 2021

KIJKEN


In het Vondelpark had ik na twee ontruimingen even geen zin. In het Beatrixpark moest het gebeuren. De warmte was verdwenen maar het was nog steeds mooi weer. Op een bankje haalde ik mijn verrekijker tevoorschijn, ontdeed hem van de beschermende dopjes en stelde hem scherp. In close-up zag ik de kraaien paraderen, borst vooruit, kop omhoog, glanzend zwart in de veren, de kraaloogjes monsterden de omgeving met hevige interesse. Ik zag ze heel intiem van dichtbij maar zij zagen mij niet. Het was alsof ik midden in de natuur naar een natuurfilm keek.
Je valt op, natuurlijk, met zo'n ding. Wie om aanspraak verlegen zit moet gaan vogelen, want iedereen wil graag meekijken als er iets bijzonders te zien is. Ik hoorde een stem achter me: 'Pardon meneer, mag ik vragen waarnaar u kijkt?' Een bejaarde mevrouw, donkerbruin geverfd permanent, met een keurig hondje.
'Och, ik dacht dat ik een vogel zag die ik nog niet kende. Maar ik vergiste me.' Ze keek teleurgesteld en trok haar hondje mee, dat aan mijn been begon te snuffelen. 'Succes meneer, het gaat u zeker lukken.' Ze was nog maar net in een zijpad verdwenen toen ik lager op de boom iets zag bewegen. Even later scharrelde er een boomkruiper in mijn lens, ik zag hoe hij met het licht gebogen lancet van zijn snavel de bast omspitte op zoek naar larven en insecten. Ik zag ieder veertje en iedere kleurnuance en bedacht dat het nu veel gemakkelijker zou zijn om wat ik in bos of park zag terug te vinden in Zien is kennen. 

De dag ervoor waren we naar Zeist gereden, naar de winkel van de Vogelbescherming. Mijn vriendin had een handzaam model uitgezocht dat schappelijk geprijsd was maar toch aan hoge kwaliteitseisen voldeed. In de bostuin achter de villa kwetterden wat meesjes. De verkoper liet me zien hoe ik de kijker op mijn ogen moest afstellen. Ik richtte het instrument nog wat onwennig op het gedoe in de tuin en de meesjes sprongen mijn blikveld binnen, een explosie van kleur en beweging. Ik had nog wel wat langer willen kijken maar ons tijdslot was voorbij, er werd buiten al ongeduldig gewacht door een andere aspirant vogelaar.

Thuis vierden we de eerste echte lentemiddag van het jaar. We proostten met een sprankelende vinho verde op de verjaardag van mijn beste vriend. Mijn vriendin bezemde het balkon schoon en verwijderde wat planten die de winter niet hadden overleefd en ik vermaakte me met mijn nieuwe speeltje. Tussen de nog kale takken door zag ik, of ik wilde of niet, de buren aan de overkant in de weer met hun eerste echte lentemiddag; voorheen poppetjes, nu levensgroot. Bij zo'n kijker moet wel een dosis discretie worden meegeleverd, want voor je het weet ben je een gluurder. 


1 opmerking:

Hans Valk zei

Een gluurder! Ik wist wel dat er ergens een psychologische barrière was bij het in het openbaar rondlopen met een kijker.
En inderdaad, die types die meteen denken dat er een zeldzame vogel te zien is, als je ergens naar staat te kijken; die ken ik ook. En dan teleurgesteld zijn als het niet om iets zéér bijzonders gaat.
Ja, dat is dan jammer voor de stadsmens met korte attention-span en een hang naar het spectaculaire.
Zo'n kijker is gewoon een klein stukje levensgeluk. Geniet ervan!