vrijdag 20 november 2015

Snuf en Snuitje


Het werden er uiteindelijk twee. Het beestje bleek een broertje te hebben dat toch ook maar weg moest. Ik zat op de bank bij die vreemde mensen, dronk met kleine slokjes gloeiendhete Turkse koffie en probeerde na te denken. Maar tegen jonge katjes baat geen verstand. Twee vrijwel gelijke katertjes, zwart-wit, was een heel andere samenstelling van de huisdierentuin dan ik me had voorgesteld. Ik moest wennen aan het idee maar dat het zo zou gaan stond eigenlijk meteen al vast. Wie zou er een klein, zielig katje willen ontvoeren als het ook samen met zijn broertje de reis naar een nieuwe bestemming kon maken? In de auto waren ze al gauw in een rustige sluimer, knus tegen elkaar aan gevleid in het kooitje. Samen op avontuur, Snuf en Snuitje.
‘De stilte is anders stil’ echoot een liedje door mijn hoofd. Ik zit met mijn dochter in de kamer, de gordijnen zijn wegens het vroege donker al gesloten. In een oude bestekmand, bedekt met een fleecedeken, slapen de katjes, arm in arm. Het is vredig hier, de wereld met haar ellende is ver weg. Lennaert Nijgh schreef vaak over zijn ‘reusachtige huiskat Meneer’, een eveneens zwart-witte kolos die ook wel Pavarotti heette - een welgevuld rokkostuum, daar leek hij op. Zijn lezers leefden erg mee. Meneer werd een household name in het Haarlemse, en toen hij oud en ziek werd regende het ingezonden brieven van Heemsteedse dames die de eigenaar sterkte wensten. Maar ik vond het altijd een beetje jammer als Lennaerts dinsdagse column in het Haarlems Dagblad weer eens gevuld was met m’wraaôw en mrrôwáh (hij was creatief in het weergeven van de kattentaal), ik vond het sentimenteel. Ik houd ook niet van kattenfilmpjes en –plaatjes op Facebook. Maar het is verleidelijk, lezer!
Vannacht ontwaakte ik uit een onrustige halfslaap door geritsel. Naast mijn bed zag ik twee ronde oogjes nieuwsgierig naar me omhoog kijken. Even later was er het vertrouwde gevoel van een slapende kat in mijn knieholte. Toen ik eruit ging om te piesen haalde ik het broertje op uit de kamer en legde hem ernaast. Er klonk enig gesnor en even later waren we alle drie in slaap.
Vanochtend hadden ze op de bank gepiest. Maar zo’n eerste nacht, dan mag dat. Ik heb ze instructies over de kattenbak gegeven en volgens mij hebben ze het begrepen. Het eerste drolletje ligt er inmiddels. Het huis is weer bewoond.

2 opmerkingen:

Hans Valk zei

Gefeliciteerd, Rookzanger.
Het is inderdaad misschien een beetje snel na het verscheiden van Obi, maar deze nieuwe diertjes zijn nu eenmaal op de wereld gekomen en ze hebben tenslotte ook een thuis nodig. Wie weet waar ze verzeild waren geraakt als jullie ze niet in huis hadden genomen?

Het zal uiteindelijk je traditionele zwaarmoedigheid in dit jaargetijde aanzienlijk verlichten, denk ik. Temeer omdat je een huiselijk mens bent en de aanwezigheid van deze katjes alles te maken heeft met huiselijkheid en het completeren ervan.
Niet alleen moet jij deze dieren leren kennen; ook de dieren zelf zijn bezig door te krijgen hoe hun wereld in elkaar zit. En dan gaat het niet alleen om jouw huis, maar feitelijk om het leven zelf. Ze zijn er nog maar nèt, tenslotte.
Dat wordt dus dubbele pret, want in een kattenleven kan niet zoveel mis gaan en jij snapt ook steeds beter waar het geluk ligt, mag ik hopen.

Al met al prima randvoorwaarden (mogelijk een woord voor de lijst van DWDD, maar dit terzijde) om de winter door te komen.

Jan-Paul van Spaendonck zei

Zeker. Laat de winter maar komen!