vrijdag 27 mei 2011

BLAADJES

Het regent en ik denk aan vroeger. Uit de boekenkast in mijn slaapkamer, die vol staat met jeugdherinneringen, trek ik drie in stemmig linnen gebonden deeltjes tevoorschijn, waarop in slordige en half vergane gouden letters Faun staat. Het zijn de complete jaargangen van een tijdschriftje, dat Robert Eksteen en ik maakten tussen 1985 en 1988. We begonnen ermee uit een mengsel van heimwee naar de dagen van de schoolkrant en literaire ambitie. Elke twee maanden vulden we een blaadje met wat ons maar interesseerde, onze eigen belangstelling was de norm en bepaalde de signatuur, die dus voor buitenstaanders soms nogal bizar was: wat hebben Sinatra, Otmar Schoeck, San Gimigniano, cocktails, limericks, Baudelaire en Amsterdam Nieuw-West met elkaar te maken? Niets, behalve dit: het waren onderwerpen die ons toen bezig hielden. Faun was een blaadje van het zogenaamde derde circuit; dat wil zeggen dat het zelf gefabriekt was met de primitieve middelen van het pre-computertijdperk, en in kleine oplage werd verspreid onder belangstellenden. Vooral die productie had nogal wat voeten in aarde. Maar tussen het hameren op een oude tikmachine, het plakken en knippen, het kopiëren bij de copyrette, het rapen, vouwen en nieten onder het genot van een borrel en tot slot het katterig rondbrengen op de fiets door, hadden we een goede tijd. Dat handmatige karakter had mooie trekjes. Het resultaat was knullig, maar helemaal van onszelf. Ik herinner me een avond dat we alle afleveringen van Faun als een mozaïek op de grond legden en er een tijdje liefdevol naar keken: elk zijn eigen kleur, zijn eigen faunskop, zijn eigen sfeer en herinneringen. Toen Faun al een poosje ter ziele was pakten we het professioneler aan. Het Eenmalig Tijdschrift bestond wederom uit onderwerpen die ons na aan het hart lagen en werd wederom vooral door onszelf volgeschreven, maar de vormgeving was gelikter, de doelstelling serieuzer. Elke episode behandelde één onderwerp. Nr. 2 (1989) was gewijd aan de rockgroep Jethro Tull. Nr. 3 (1991), een brochure over romantisch-decadente muziek (een genre dat we zelf hadden bedacht en met grote precisie hadden gedefinieerd), werd in de NRC gunstig besproken en bracht ons in de VPRO-studio, waar we met Han Reiziger filosofeerden over de muziek van het Fin-de-siècle. Nr. 4, over ‘complexe rock’, verscheen in 1993 en was het laatste deeltje. Onze gemeenschappelijke interesses waren op. Aflevering 1, over ‘dubbele begaafdheid’, werd steeds in het colofon als ‘uitverkocht’ omschreven, maar bestond alleen op papier. Of eigenlijk juist niet op papier, als u begrijpt wat ik bedoel. Ook op papier slechts bestond een aantal illustere medewerkers, van de slavist Ansel Bonner tot de in Frans Guyana geboren Corné Purperhart, die ‘onder meer publiceerde over Gérard de Nerval’. Sommigen van hen zijn nog steeds actief: de Amersfoortse classicus Fons Bosman neemt wel eens een tekstklus van me over, Karel Beckman (aka Kees Breton) publiceert met enige regelmaat, en in Wildschut kwam ik laatst Teresa Ficaferra nog tegen. De jaren waren niet vriendelijk voor haar geweest, ze rook op dat vroege uur al sterk naar drank. Ze klampte me aan met hongerige blik en vroeg: ‘Zullen we weer eens een tijdschriftje maken, net als vroeger?’ Ik maakte me los uit haar greep en schudde mijn hoofd. ‘Nee,’ zei ik beslist, ‘het is mooi geweest.’

5 opmerkingen:

Roberto zei

Zowel de Faun als het Eenmalige Tijdschrift zijn in te zien in de Koninklijke Bibliotheek, die nog jaren na het verscheiden der bladen bleef rapelleren.

Roberto zei

Karel Beckmann figureert met een zekere tegenzin in de vele romanfragmenten die ik op mijn blog geplaatst heb, zij het nu onder de naam Karl Beckmann.

Hans Valk zei

Heren! Wat een aardige interactie. Het kenbaar maken van mijn nieuwsgierigheid is beloond! Dit verklaart ook meteen het YouTube filmpje waarin jullie bij Han Reiziger aan tafel zitten. Want als men eenmaal gaat googelen dan opent zich natuurlijk de hele doos van Pandora, voor zover gedigitaliseerd.

Heeft mevr. Ficaferra na John Glascock nog een andere grote liefde gekend, die ook daadwerkelijk geconsumeerd is? Of is John's dood de aanleiding voor haar verval geworden?

Wat dat rapelleren van de KB betreft; betaalden ze ook al die tijd abonnementsgeld?

Jan-Paul van Spaendonck zei

Ha, nee! Op die YouTube-filmpjes sta ik met collega Vincent de Lange van La Passione...

Hans Valk zei

Oh, dan heb ik me vergist. Het is ook al weer een paar weken geleden dat ik dat filmpje gezien heb.

Maar kort samengevat: Je was kind aan huis bij Han Reiziger!