Pagina's

dinsdag 11 april 2017

KAMELEON


De partituur waar ik in paniek om gevraagd had werd me net op tijd aangereikt. Maar het was een fotoalbum. Vakantiekiekjes met onderschrift. Geen noot te bekennen. Toen mijn dirigeerstokje ook nog eens gebroken bleek te zijn en meer op een afgekloven potloodstomp was gaan lijken dan op een baton werd ik wakker. De wind was opgestoken en er had een raam geklepperd. Het oog van de volle maan stond te schitteren aan de nachthemel. Ik probeerde mijn droom weg te lachen. Mijn onbewuste angsten moesten wel met iets subtielers komen, vond ik. Ik draaide me op mijn andere zij en zocht de slaap weer op, maar tevergeefs.
De uren verstreken. Ik lag niet te woelen, ik was rustig. Ik piekerde niet, ik dacht zelfs niet na. Toch was mijn geest te actief om te kunnen slapen: de beelden van de afgelopen dagen trokken voorbij, zonder chronologie, in willekeurige volgorde, misschien in een intuïtief verband.
Daar stond ik weer in de studio, vrijdagmiddag was dat geweest. Met twee bassende collega’s een mannenkoor van Purcell inzingen voor een reclamespotje. Mannenbier, ongefilterd, daar hoorde zware mannenzang bij, blijkbaar. Er was geen tekst. Hahahaha zongen we, keer op keer, overdub op overdub. Tussen het zingen door, als de producer aan het editen was, namen we als een stel oude wijven de hele ons bekende muziekwereld door - ‘ken jij die en die?’ - tot het weer tijd werd voor een nieuwe reeks hahaha’s.

Zaterdag kleedde ik me in het zwart en voerden we met het Linnaeuskoor de verstilde Via Crucis van Liszt uit, in de kapel van het OLVG Oost. De zaal stond vol met bedden, de sfeer was ernstig, bijna sacraal. Nu en dan draaide ik me naar het lijdende publiek om want ik had ook de rol van Christus op me genomen, een kleine maar lastige partij. Eli, Eli, lama sabbachtani….
Zondagmorgen speelde ik piano in de mis, popliedjes met religieuze teksten, en leidde als kapelmeester het koor. Palmpasen, lange dienst, veel groen, veel kinderen. Daarna snel naar Zaandam voor een repetitie van operettevereniging Thalia, de baton in de hand voor een hele middag driftig zwaaien en met luide stem aanwijzingen roepen. Prachtig, uitbundig weer, het staartje van de lentemiddag kon ik nog in de tuin van mijn vriendin doorbrengen.
Het was me het weekend wel geweest, stelde ik vast. Vroeger draaide ik mijn hand daar niet voor om, zoveel verschillende dingen vlak na elkaar, en dwars door elkaar heen, maar tegenwoordig heb ik er moeite mee. Niet eens zozeer op het moment van doen, dan laat ik me meedrijven op de stroom van gebeurtenissen, maar in de dagen ervoor, en tussen de klussen in. Dan weegt de chaotische nabije toekomst zwaar op me. Al die verschillende rollen, al die verschillende muziekwerelden! Je moet er een kameleon voor zijn, en mijn oude huid is niet zo flexibel meer. Die is behoorlijk kleurvast aan het worden.


1 opmerking: